De pachtprijs van God

Eerste lezing

Jes., 5, 1-7
Ik wil zingen voor mijn vriend, zingen het lied van mijn vriend en zijn wijngaard. Mijn vriend had een wijngaard, die lag op een vruchtbare helling. Hij spitte hem om en maakte hem vrij van stenen, hij plantte er uitgelezen wingerden; in het midden bouwde hij een toren en hij kapte er een perskuip uit. Toen hoopte hij druiven te krijgen, maar de wijn­gaard gaf enkel wilde vruchten. En nu, inwoners van Jeruzalem, mannen van Juda, nu moet gij de rechters zijn over mij en mijn wijngaard! Wat had ik nog meer kunnen doen voor mijn wijngaard en heb ik voor hem niet gedaan? Ik had op druiven gehoopt! Waarom geeft hij mij wilde vruchten? Ik zal u dan nu vertellen, wat ik ga doen met mijn wijngaard. Ik haal zijn omheining weg, dat hij kaalgevreten kan worden. Ik maak zijn muren stuk, dat hij platgetrapt kan worden. Ik maak van hem een verwilderd stuk grond; hij wordt niet langer gesnoeid en met geen hak meer bewerkt; distels en dorens schieten er op, en aan de wolken verbied ik hun regen op hem te laten vallen. De wijngaard van de Heer der hemelse machten is het huis Israël.

Evangelie

Mt., 21, 33-43
In die tijd sprak Jezus tot de hogepriesters en de oudsten van het volk: “Luistert naar deze gelijkenis: Er was eens een landeigenaar die een wijngaard aanlegde; hij zette er een heining omheen, hakte een wijnpers erin uit en bouwde een wachttoren. Daarop verpachtte hij hem aan wijnbouwers en vertrok naar den vreemde. Toen de tijd van de oogst gekomen was, zond hij zijn dienaren naar de wijnbouwers om de opbrengst in ontvangst te nemen. Maar de wijnbouwers grepen zijn dienaren vast. Zij mishandelden de een, doodden de ander en stenigden een derde. Daarop zond hij andere dienaren, talrijker dan de eersten; maar zij behandelden hen op dezelfde manier. Ten slotte stuurde hij zijn zoon naar hen toe,in de veronderstelling dat zij zijn zoon wel zouden ontzien. Maar toen de wijnbouwers de zoon zagen, zeiden ze onder elkaar: “Dat is de erfgenaam; vooruit, laten we hem vermoorden en ons zijn erfenis toeëigenen.” Ze grepen hem vast, wierpen hem de wijngaard uit en doodden hem. Wanneer nu de eigenaar van de wijngaard komt, wat zal hij dan wel met die wijnbouwers doen?” Ze antwoordden Hem:
“Hij zal die misdadigers een ellendige dood doen sterven en zijn wijn­gaard zal hij aan andere wijnbouwers verpachten, die hem de opbrengst op de vastgestelde tijd zullen afdragen!” Toen sprak Jezus tot hen: “Hebt gij nooit in de Schrift gelezen: De steen die de bouwlieden hebben afgekeurd, is juist de hoeksteen geworden. Op last van de Heer is dat gebeurd en het is wonderbaar in onze ogen. Daarom zeg Ik u: Het Rijk Gods zal u ontnomen worden en gegeven aan een volk dat wel de vruchten daarvan opbrengt.”

Overweging

“Er was eens een landeigenaar die een wijngaard aanlegde….”. Met deze zin verwijst Jezus direct naar het lied van de wijngaard uit Jesaja, dat we vanmorgen ook gehoord hebben. Voor de schriftgeleerden en de oudsten zijn dit bekende woorden die aansluiten bij de traditie waaruit zij leven. Jesaja zingt een lied voor een dierbare vriend die met veel liefde, pijn en moeite een wijngaard heeft aangelegd. Niets is hem teveel om de wijngaard vrucht te laten voortbrengen. Het is een liefdeslied, maar wel eentje over een onbeantwoorde liefde. Wat de vriend ook doet, de wijngaard wil niet. En dan in de laatste zin horen we dat de lieve vriend niet zomaar iemand is, maar God zelf en de wijngaard zijn volk. Hij had het zo goed voor met zijn volk. Hij zag het helemaal voor zich. Het had een feestje kunnen zijn. Een volk dat goed, vreugdevol en vreedzaam als broeders en zusters zou samenleven. Maar daar is niets van terecht gekomen. Eigen belang en hebzucht zijn de boventoon gaan voeren. Het land van beloften is een wildernis geworden waar God nog gebod geldt.

Daden

In de gelijkenis die Jezus vertelt staat de wijngaard niet voor het volk van God, maar voor het koninkrijk van God, voor alles wat we, om niet, hebben ontvangen uit Gods hand. Voor de overvloed waarin we mogen delen, voor de scala aan mogelijkheden die ons geboden worden. Is dit allemaal vrijblijvend en voor niets? Nee, God vraagt er wel degelijk iets voor terug. Hij vraagt een pachtprijs. Niet in geld of goed, maar in daden.

De roeping behoeders van Gods werk te zijn, práktisch handen en voeten te geven, vormt een wezenlijk onderdeel van een deugdzaam bestaan, zegt Paus Franciscus in Laudato si’. Het praktisch handen en voeten geven is niet iets vrijblijvends, maar maakt wezenlijk deel uit van het christen zijn.

Dat is ook waar Paulus de christenen van Filippi op wijst. Hij roept ze op tot een deugdzaam bestaan. Want dat is wat God van ons terugvraagt. Dat we onze naasten beminnen. Dat we kostbare waarden als eerlijkheid, rechtvaardigheid, hulpvaardigheid en gastvrijheid niet alleen koesteren maar ook daadwerkelijk in praktijk brengen. Aan zo’n volk wil God de wijngaard toevertrouwen.

Maar als het gaat om het aanpakken van de klimaatcrisis doen we volgens paus Franciscus nog veel te weinig. Daarom is hij de afgelopen week met een nieuwe klimaatbrief gekomen, Laudate Deum.  Hierin spoort hij de wereld aan er een flinke schep bovenop te doen. Hij roept op tot concreet handelen, zoals het stoppen met het gebruik van fossiele brandstoffen, een grote uitdaging voor de klimaattop in Dubai die eind november begint.

Ogen openen

Bij de gelijkenis die Jezus vandaag vertelt is het van belang om voor ogen te houden met wie Jezus in gesprek is. Hij is niet met het ‘gewone volk’ in gesprek maar met de hoge priesters en de oudsten van het volk. Mensen die het voor het zeggen hebben. Mensen met macht, mensen met verantwoordelijkheid. Met deze gelijkenis wil Jezus hun de ogen openen voor hoe zij hun invloed en macht gebruiken en wat ze eigenlijk aan het doen zijn. De priesters hebben namelijk dondersgoed in de gaten dat zij bedoeld worden met de pachters van de wijngaard.

De daden van de pachters zijn volstrekt niet in lijn met wat God voor ogen heeft. Zij handelen alleen uit op eigen belang. Ze wensen niet te delen in de overvloed die de wijngaard schenkt. Ze vermoorden zelfs de erfgenaam om zijn erfenis toe te eigenen. Dit grote graaien van enkelen is nog steeds aan de orde van de dag. Directeuren die zich zelf exorbitante salarissen en bonussen toebedelen. De nieuwe klimaatbrief Laudate deum stelt dit ook aan de orde: Daarin is te lezen dat veel economische machten vooral geïnteresseerd zijn in maximale winst tegen de laagste kosten, en daaronder lijden zowel de aarde als de armen.

Maar, in alle eerlijkheid moeten we hier ook naar ons zelf kijken. Wat is onze bijdrage aan de pacht van de wijngaard? Het is goed om ons ervan bewust te zijn dat ook wij wel eens te weinig pacht afdragen en meer nemen dan ons toekomt, ondanks al het goede dat we ook doen. Een gewetensonderzoek op zijn tijd of we wel goede beheerders zijn, is nooit verkeerd. We moeten niet blind zijn voor de werkelijkheid. Maar het is ook belangrijk dat we, in deze wereld waarin zoveel mis gaat, ook de goede dingen te blijven zien die mensen doen.

Vruchten delen

Morgen begint de week van de duurzaamheid. In de afgelopen weken presenteerde het dagblad Trouw al portretten van de initiatieven die een plaats hebben gekregen in de duurzame 100 van Trouw. Ik werd helemaal blij van wat ze in het Friese dorp Warga aan het doen zijn. In het project ‘Warga bloeit’ hebben ze de krachten van heel het dorp gebundeld om bewoners op een positieve manier bewust te maken van het belang van duurzaam leven. Ze maakten wandelingen langs mooie groene plekken, en organiseerden workshops en gezamenlijke maaltijden rondom de thema’s afval, hergebruik, biodiversiteit, beweging en gezondheid. Zo ontdekten de bewoners dat het in kleine stappen kan, dat het leuk is hierin samen op te trekken, dat het vreugde geeft. Dit alles heeft zo’n geweldige positieve uitstraling dat steeds meer dorpen gaan meedoen. Hier worden de vruchten van de wijngaard ten volle gedeeld.

Dit soort voorbeelden zijn belangrijk om voor ogen te houden. Er gaat nog veel mis in deze wereld, maar er gebeurt ook veel goeds en daar kunnen we ons aan optrekken. Wij zijn onvolmaakte mensen, maar dat mag geen excuus zijn om het er maar bij te laten zitten. We zijn geroepen om het goede te blijven doen. Om ons te blijven inzetten voor een leefbare wereld ook voor de toekomstige generaties. God is uitermate geduldig en geeft ons steeds weer kansen om te werken aan het goede. Het is God zelf die ons daar steeds opnieuw de kracht voor geeft.

Marjolein Tiemens-Hulscher
8 oktober 2023