Eerste lezing Wijsheid 18, 6-9
De nacht van de uittocht uit Egypte was aan onze voorvaderen tevoren aangekondigd. Zo konden ze vol vreugde de vervulling verwachten van de beloften waarop ze vertrouwden. Zo kon uw volk ook uitzien naar de redding der rechtvaardigen en de ondergang van hun vijanden. De straf, die Gij onze vijanden deed ondergaan werd voor ons, uitverkorenen, een zege. Want de kinderen der vromen hadden in stilte het offermaal gebruikt, en zich met een heilige belofte verplicht, dat ze gelijkelijk het goede zouden delen en de gevaren trotseren, en daarom hadden de vromen reeds hun oude liederen aangeheven.
Tweede lezing Hebreeërs 11, 1-2.8-12
Broeders en zusters, het geloof is een vaste grond van wat wij hopen, het overtuigt ons van de werkelijkheid van onzichtbare dingen. Om hun geloof zijn de oudsten met ere vermeld. Door het geloof heeft Abraham gehoor gegeven aan de roeping van God, en ging hij op weg naar een land dat bestemd was voor hem en zijn erfgenamen.
Door het geloof heeft hij als vreemdeling vertoefd in het land dat hem beloofd was;
hij woonde er in tenten, evenals Isaäk en Jakob, die dezelfde belofte erfden;
want hij zag uit naar de stad met de fundamenten, waarvan God de ontwerper en de bouwer is. Door het geloof heeft ook Sara, ofschoon haar tijd al lang voorbij was,
de kracht tot vruchtbaarheid ontvangen, want zij wist dat Hij die de belofte had gedaan, zijn woord zou houden. Daarom is dan ook aan één man, en nog wel in zijn hoge ouderdom, een nageslacht gegeven, talrijk als sterren aan de hemel, ontelbaar als de zandkorrels aan het strand van de zee.
Evangelie Lucas 12, 32-40
Wees niet bang, kleine kudde, want het heeft jullie Vader behaagd je het koninkrijk te schenken. Verkoop je bezit en geef aalmoezen. Zorg voor beurzen die niet verslijten, een onuitputtelijke schat in de hemel, waar geen dief bij kan komen en die geen mot kan aantasten. Want waar je schat is, daar zal ook je hart zijn. Houdt uw lendenen omgord en de lampen brandend! Gedraagt u als mensen,
die wachten op de terugkomst van hun heer, die naar de bruiloft is om, als hij aankomt en klopt, hem aanstonds open te doen. Gelukkig de dienaars, die de heer bij zijn komst wakende zal vinden. Voorwaar, Ik zeg u: Hij zal zich omgorden en hij zal hen aan tafel nodigen en langs hen gaan om te bedienen. Al komt hij ook in de tweede of de derde nachtwake, gelukkig die dienaars, die hij zo aantreft.
Begrijpt dit wel: als de eigenaar van het huis wist op welk uur de dief zou komen,
zou hij niet laten inbreken in zijn huis. Weest ook gij bereid, omdat de Mensenzoon komt op het uur waarop gij het niet verwacht.”
Overweging
Wees niet bang, kleine kudde, want het heeft jullie Vader behaagd je het koninkrijk te schenken. Wouw, het Koninkrijk van God, waar hebben we dat aan verdiend? Hebben we het verdiend? We hebben het nergens aan verdiend, maar God heeft het ons gegeven. Een groots gebaar van zijn onmetelijke liefde voor de wereld. Het koninkrijk van liefde, vrede en vreugde, het wordt ons steeds opnieuw gegeven, elke dag. Het wordt ons als het ware in de schoot geworpen. En van ons wordt gevraagd om het te koesteren en er voor te zorgen, zoals een moeder of een vader een kind koestert dat bij haar of hem op schoot zit. We worden gevraagd om de liefde van God, hier op aarde te weerspiegelen. Niet alleen in woord en gedachte, in stilte en gebed, maar vooral door ons doen en laten. Dat is geen gemakkelijke opgave. Ook dat ervaren we elke dag.
Zo zou ik willen dat er geen enkel kind, vrouw of man zou worden uitgebuit voor het T-shirt dat ik draag. Ik zou willen dat er geen leefgebied voor mens en dier vervuild, uitgeput of verloren gaat voor mijn voedsel, mobiele telefoon, auto of vakantie. Maar het gebeurt, elke dag. En ja, ik koop zoveel mogelijk biologisch, of fair trade, doe lang met mijn spullen en kleding, zoals zovelen van u. Maar toch voelt dat niet als genoeg. Soms denk ik dat het niet meer is dan een moderne aflaat.
Heilzame rust
Daarom roept Jezus ons op om waakzaam te zijn. Houdt uw lendenen omgord en de lampen brandend! Wees waakzaam, zoals de knechten die wachten op hun meester die terugkomt van de bruiloft. Mogen we dan geen oog meer dicht doen? Moeten we dan altijd ‘aan’ staan? Nee, gelukkig niet. Dat zou ook zijn strijd zijn met de sabbatsrust die God zijn volk oplegde. Heilzame rust voor mens, dier en grond. Heilzame rust om te kunnen terugblikken op wat gelukt is en wat niet. Heilzame rust om met heel de schepping een loflied te zingen en ontspannen vooruit te kijken naar de dag van morgen.

Heilzame rust om stil te staan bij wat er echt toe doet, wat je echt belangrijk vindt in het leven, waar je echt gelukkig van wordt. Heilzame rust om te kunnen leven vanuit je hart, vanuit betrokkenheid met de ander, met de natuur. Wees waakzaam, zegt Jezus, want voordat je het weet leef je niet vanuit die rust, maar word je opgeslokt door de waan van de dag, de drukte van het werk, zorgen om van alles en nog wat. Laat je niet in slaap sussen door schone schijn. Dut niet in, want voordat je het weet leef je op de automatische piloot en zoek je het levensgeluk op de verkeerde weg.
Stukje hemel op aarde
Wees waakzaam. Het is een aansporing of waarschuwing die we ons mogen aantrekken. We hebben immers nogal de neiging om het levensgeluk te zoeken in materiële dingen, in carrière maken, in het oppotten van geld en goed, in het naar verre oorden gaan met het vliegtuig voor vakantie.
Jezus wil zijn toehoorders, dus ook ons, duidelijk maken dat het ware levensgeluk daarin niet te vinden is. Hij heeft net verteld over de bloemen op het veld en de vogels in de lucht. En als God zelfs voor hen zorgt, dan zorgt hij zeker voor jullie. Wees niet bang, kleine kudde, want het heeft jullie Vader behaagd je het koninkrijk te schenken. Verkoop je bezit en geef aalmoezen.
Wees niet bang, kleine kudde, want het heeft jullie Vader behaagd je het koninkrijk te schenken.
Het is een nogal radicale uitspraak waarmee Jezus aangeeft waar prioriteiten zouden moeten liggen in onze manier van omgaan met geld en bezit, in onze manier van denken en doen. Hij wijst hiermee een duidelijke weg naar een betere wereld, een stukje hemel op aarde. Een stukje hemel op aarde dat tot stand komt waar mensen hart hebben voor elkaar en dat ook zichtbaar maken in hun leven. Waar mensen delen met anderen, of dat nu gaat om geld en goed, of om talenten, aandacht en liefde.
Licht voor een ander zijn
Waar je schat is, daar zal ook je hart zijn, zegt Jezus. Als je je hart volgt, dan verzamel je schatten voor de hemel. Houdt uw lendenen omgord en de lampen brandend! Sta klaar, zegt Jezus, leef zo dat je op elk moment klaar bent om God te ontmoeten. Wees een licht voor de ander, op elk klein moment van elke dag.
Door naast iemand te gaan zitten op een bankje, zoals een verslaggever van Trouw deed. De man naast hem bleek dakloos te zijn. Ze hadden een mooi gesprek. Aan het eind van het gesprek wilde de verslaggever, ietwat beschroomd, geld geven. Maar de dakloze weigerde dat, hij had immers wel een baan. Maar geld was het probleem niet. Het doorkomen van de uren buiten het werk om, dat was moeilijk. En hij zei: “Ik vond het fijn dat je even op dit bankje kwam zitten”.
Wees niet bang, kleine kudde. Ons leven heeft betekenis voor God. Dat geldt ook voor ons, hier bijeen als kleine kudde. Ieder van ons kan van betekenis zijn voor een ander, ieder apart maar vooral ook samen, met liefde, met open ogen en een open hart.
Wat ongrijpbaar is en toch bestaat
Ik wil afsluiten met de prachtige woorden die we hoorden in de tweede lezing: ‘Het geloof is een vaste grond van wat wij hopen, het overtuigt ons van de werkelijkheid van onzichtbare dingen’. Het zijn die onzichtbare dingen die er toe doen. Het zijn de schatten van de hemel. Daarom blijven wij, met de woorden van Marijke de Bruijne, zoeken naar wat ongrijpbaar is en toch bestaat.
licht in de duisternis, beelden als dromen
vager dan woorden, ver als een ster,
blijven wij zoeken, zodat wij vinden
blijven wij zoeken, tot het gegeven wordt.
In de warmte tussen woorden
in de zachtheid van een blik
in je hoofd tegen een schouder
hand die stil de jouwe drukt,
leeft wat ongrijpbaar is en toch bestaat.
Zie wij leven onze dromen
zo wordt steeds de hoop herboren
wordt de droom een daad.
Overal waar mensen samen
bondgenoot zijn in gevecht
tegen al wat ziek en kwaad is
wordt wat krom trok fier en recht,
en wat ongrijpbaar is, zal dan bestaan.
En zo worden luchtkastelen
hier op aarde werk’lijkheden
wordt verwachting waar.
Dan is eenzaamheid verdwenen
dat gevoel van niet bestaan,
monddood maken, machteloosheid
zijn voor kort of lang gegaan,
want wat ongrijpbaar is, wordt dan vervuld.
Wie die vreugde heeft ervaren
wil niet rusten voor de aarde
woonplaats is van God.
Naar wat ongrijpbaar is en toch bestaat
licht in de duisternis, beelden als dromen
vager dan woorden ver als een ster,
blijven wij zoeken, zodat wij vinden
blijven wij zoeken tot God zich vinden laat.
Marjolein Tiemens-Hulscher
10 augustus 2025, 19e zondag door het jaar C

