In een nieuwsbrief van Odin zag ik het manifest ‘Dierwaardige veehouderij’ voorbij komen. Ik was het nog nergens anders tegengekomen. Terwijl er de laatste week veel over dierenwelzijn is geschreven onder andere naar aanleiding van het boek ‘Onder de beesten. Undercover in de bio-industrie’ van Roel Binnendijk. ‘Je gaat de dieren als dingen zien’, schrijft hij. In de bio-industrie spreek je van productiedieren en gaat het om efficiëntie en snelheid, uitgedrukt in aantallen dieren per uur (gedood, gevangen of in kratten gestopt). Maar dieren zijn geen productiefactoren.
Dieren zijn in de eerste plaats levende, voelende en intelligente wezens. Het zijn individuen, met emoties als blijdschap, geluk, pijn en verdriet. Dat weet iedereen die een huisdier heeft, maar het blijkt ook steeds meer uit nieuw wetenschappelijk onderzoek.
In Nederland is op landbouwgebied veel te doen op dit moment. Er wordt gewerkt aan een grote landbouw- en voedseltransitie om de opwarming van de aarde en de achteruitgang van natuur, waterkwaliteit en biodiversiteit zoveel mogelijk te minimaliseren. Dit kan niet zonder een dierwaardige veehouderij.
De Raad voor Dierenaangelegenheden zegt hierover: ‘Ga uit van de integriteit en de intrinsieke waarde van het dier.’ Wouw, dacht ik. Als dat eens werkelijkheid mocht worden. Dat er in de veehouderij niet gedacht wordt vanuit productie, meer productie en nog meer productie, maar vanuit het dier. Als dat in de wet verankerd zou worden, dan moet de veehouderij echt veranderen. Dit uitgangspunt sluit ook aan bij Laudato si’. ‘Terwijl wij op een verantwoordelijke wijze de dingen (ongelukkig woord, maar goed) mogen gebruiken, zijn wij geroepen te erkennen dat de andere levende wezens een eigenwaarde ten overstaan van God hebben.’

Het respecteren van de integriteit (heelheid, gaafheid) en de eigen waarde van het dier is een mooi uitgangspunt. Maar hoe doe je dat in de praktijk? Het manifest werkt dit gelukkig uit. Je laat in ieder geval het dier intact; varkens houden hun staart, de kippen hun snavel en de geiten en de koeien hun hoorns. Veel van wat in het manifest staat breng ik in mijn lezingen over de tien geboden voor het milieu ook ter sprake, zoals het kunnen vertonen van natuurlijk soorteigen gedrag. Voor mij hoort dat onvoorwaardelijk bij de eigen waarde van het dier. In het manifest wordt het apart genoemd en legt het veel gewicht in de schaal. Dieren moeten moedergedrag kunnen vertonen, zoals het maken van nesten en het zogen van hun jongen, varkens moeten buiten kunnen wroeten en kippen kunnen scharrelen.
Het manifest is een oproep van de dierencoalitie aan het kabinet om deze uitwerking van nieuwe wetenschappelijke inzichten van dierwaardigheid wettelijk te verankeren. Deze oproep kun je steunen door het manifest te ondertekenen.