Honeyland

Honeyland, een wonder van een film over de omgang met de natuur. Vorige week las ik de recensie, met vijf sterren, in Trouw. Ik dacht direct ‘die film wil ik zien’. Mijn man bleek de trailer al gezien te hebben en had hem ook op zijn verlanglijstje gezet. Zoiets moet je niet te lang uitstellen. Een bezoekje aan de treinsreiswinkel in Amsterdam, om kaartjes op te halen, werd daarom afgerond met een avondje film in het Louis Hartlooper Complex in Utrecht. Ik had niet gedacht dat de manier van leven, zoals de vrouw in de film doet, in Europa nog mogelijk was. Lees verder

Met lichte tred

De kaft wekt al het verlangen om te gaan wandelen. Wat zou ik graag dat weggetje aflopen. Het boek ‘Met lichte tred’ van Ton Lemaire is aan de ene kant een uitnodiging om naar buiten te gaan, om je al wandelend te laten opnemen in je omgeving. Aan de andere kant is het een aanklacht tegen het vooruitgangsdenken; de vlucht vooruit, waarin alles meer en sneller moet. Het is een mooi boek om te lezen in de adventsperiode, een tijd waarin we verlangend uitzien naar …… ja, naar wat eigenlijk? Lees verder

Wandelen uit dankbaarheid

Vorige week heb ik twee dagen meegelopen met de pelgrimstocht van de bisschoppelijke vastenactie in Zuid Limburg. Het was voor de de eerste keer dat ik heb meegedaan en ik heb erg genoten van het landschap, het mooie weer, de mensen, de gesprekken en de bezinningsmomenten. Dat geheel maakt de pelgrimstocht echt tot iets bijzonders.

Dankbaarheid

In het voorjaar oogt het landschap van Zuid Limburg heel lieflijk. Het jonge blad is nog lichtgroen, de witte bloesem van de sleedoorn in de houtwallen geven subtiele accenten. In de bermen bloeit van alles, speenkruid, bosanemonen, ereprijs, hondsdraf en nog veel meer. Beekjes, heuvels, mooie uitzichten, koeien in de wei, zingende vogels, zelfs een veldleeuwerik, het kon niet op. Daar heb ik in iedere geval met volle teugen van genoten. Op zulke dagen stroom ik vol van dankbaarheid voor al dat moois om ons heen.

Limburg koeien in de wei kopie       bosanemonen kopie

Gods aanwezigheid

Dan moet ik denken aan wat de bisschoppen van Brazilië hebben gezegd, dat de natuur een manifestatie is van God en de plaats van zijn tegenwoordigheid. In ieder schepsel woont zijn levendmakende Geest, die ons oproept tot een relatie met hem (LS 88). En elders in Laudato Si’ staat nog zoiets moois. Dat het heelal zich ontwikkelt in God, die het geheel vervult. Dat er dus een mysterie te aanschouwen is en een blad, een pad, de dauw, het gelaat van een arme (LS 233). Tijdens het wandelen waren er van die momenten dat ik een glimp van dat mysterie van Zijn aanwezigheid kon voelen, vermoeden. Het is moeilijk om daar woorden aan te geven. Maar het brengt mij een gevoel van verbondenheid met alles wat is, en vervult me met grote, diepe dankbaarheid. Dat wij daar zomaar mogen zijn.

Schril contrast

Het contrast had niet groter kunnen zijn. Zo frank en vrij wij, genietend van elkaar en de omgeving van Kerkrade naar Aken of Wittem konden lopen en het opgesloten zijn in de wijk vol geweld in San Salvador. De tweede ochtend luisterden we, voordat we vertrokken, naar een monoloog van een vrouw die woont in San Salvador. Ze vertelt daarin over de angst, over het opgesloten zijn in de wijk (“de jongens in de andere wijk kennen me niet en weten niet dat ik me nergens mee bemoei”) en het altijd ongerust zijn (“komt mijn dochter wel weer thuis van school”). Haar laatste zin bleef de hele dag bij mij hangen. “Ik probeer stil en onzichtbaar te zijn.” Die zin hakte er behoorlijk in, en niet alleen bij mij heb ik gemerkt. Het bleef na de monoloog nog lange tijd stil.

Onderweg stopten we in een tunneltje, waarvan de wanden helemaal bedekt waren met graffiti. Elvira Mollee vertelde dat in San Salvador het wijzen naar graffiti al genoeg aanleiding kon zijn om doodgeschoten te worden. Graffiti spreekt een taal. Wijzen naar een logo van een (verkeerde) bende kan al een kogel door je hoofd betekenen.

pelgrimstocht 17-2 kopie       pelgrimstocht 17-1 kopie

Het verschil maken

Bij een ander bezinningsmoment vertelde Peter, de directeur van de vastenactie, over het project Eilanden van Hoop. Wat me in zijn verhaal trof was dat hij zich op een gegeven moment realiseerde dat de jongens die betrokken zijn bij het Jeugdcentrum helemaal niet zoveel verschillen van de jongens in de bendes. Zij hadden vaak ook op het punt gestaan zich bij een bende aan te sluiten, maar hadden het geluk gehad op een of andere manier bij de zusters van de orde Angel de la Guarda terecht te komen, die het Jeugdcentrum leiden. Deze jongeren hebben zich nu ontwikkeld tot mensen die in zichzelf geloven en respect kennen voor hun medemensen en elkaar willen helpen om zich verder te ontwikkelen. Het had zo makkelijk anders kunnen gaan. Dan waren ze nu misschien op een van de plekken terecht gekomen waar je eindigt als bendelid, op het kerkhof, in het ziekenhuis of in de gevangenis. Voor ieder kind of jongere maken de zusters dit verschil tussen leven en dood. Het is mooi om daar via de vastenactie aan bij te kunnen dragen.

Intentie

Tijdens het wandelen konden we steentjes oprapen als symbool voor de intentie waarmee je de pelgrimstocht liep. Aan het einde van de tocht (na drie dagen) zouden deze steentjes en intenties tijdens een ritueel verzameld worden, maar dat heb ik niet meer meegemaakt. Mijn intentiesteentje heb ik meegegeven met een medepelgrimster. Ik vertelde haar dat ik liep uit dankbaarheid. Dankbaarheid voor alles wat ons gegeven is en dat we daar, hier, in alle vrijheid van kunnen genieten. En mijn hoop, wens en droom voor de mensen in Sal Salvador is dat ook zij ooit in vrijheid en zonder angst van hun omgeving en elkaar kunnen genieten. Dat ze weer mens kunnen zijn.

Boeren met ontzag

Op de middag dat de Groene Bijbel, die helaas toch niet op gerecyceld papier is gedrukt, kreeg ik nog een boekje; Boeren met ontzag. In dit rijk geïllustreerde boekje schetst auteur Wim Schippers waar de landbouw (boer en samenleving) uit de bocht is gevlogen. Maar dat is slechts de aanleiding. Boeren met ontzag laat zien dat er andere perspectieven zijn als de gezonde grenzen, die nu zijn overschreden, in acht worden genomen. Lees verder

Nederigheid?

aardeVoor de cursus ‘Leven in verbondenheid’ die ik momenteel geef, ben ik me weer aan het verdiepen in het collectieve scheppingsverhaal; het ontstaan van het universum, de Aarde en het meest mysterieuze en ontzagwekkende van al, het ontstaan van leven, gevolgd door de ontwikkeling van de onvoorstelbare verscheidenheid in levensvormen die we nu kennen (of alweer verdwenen zijn). Het verhaal laat zien dat alles een gemeenschappelijke oorsprong heeft. Het doet me ook elke keer weer stilstaan bij het feit dat de mens in de aardgeschiedenis nog maar net komt kijken. Wat is nu 200.000 jaar mens zijn op 4.500.000.000 (4,5 miljard) jaar Aarde zijn? Wat dat betreft stelt de mens niks voor. Toch zijn we in staat om in een paar 100 jaar de vernietigen wat in 4,5 miljard jaar is opgebouwd.

“Om van een bacterie naar een mens te gaan is een kleinere stap dan om van een mengsel aminozuren naar een bacterie te gaan.” (Lynn Margulis, Amerikaans hoogleraar biologie)

Paus Franciscus wijst er in zijn encycliek Laudato Si’ op dat het belangrijk is dat we ons beseffen dat alles een gemeenschappelijke oorsprong heeft. “We vergeten dat wij ook stof zijn. Ons lichaam zelf is samengesteld uit elementen van de planeet, haar lucht laat ons ademen, haar water schenkt ons leven en voedt ons” (LS2).

adam adahmaIn onze relatie met de Aarde past dan een zekere nederigheid. Nederigheid is een belangrijke deugd voor een spiritualiteit van duurzaamheid. Het Latijnse woord voor deugd is humilitas. Daarin herkent u wellicht het woord humus; grond, vruchtbare grond. Wij zijn als het ware uit humus geboren en moeten er ook dichtbij blijven (Gedenk mens, dat gij stof zijt en tot stof zult wederkeren). Daarom moeten we ons niet verheven voelen boven de Aarde. Het Engelse humility, nederigheid, laat wel heel mooi zien dat deugd en nederigheid heel dicht bij elkaar liggen, bijna een zijn.

mars_atmosphereBij groot deel van de mensheid is nederigheid ver te zoeken. En er is een deel dat overduidelijk lijdt aan grootheidswaanzin. De Aarde is hun zelfs nog niet genoeg. Ze hebben nu ook hun zinnen op Mars gezet. Waar ben je dan mee bezig? denk ik dan als bioloog. Mars heeft veel te bieden, lees ik in de krant. Maar er ontbreekt wel het een en ander, zoals bijvoorbeeld een atmosfeer, zuurstof en stromend water (wel ijs). De lucht die er is bestaat voornamelijk uit CO2, ongeschikt om in te ademen. Zuurstof zal moeten worden vrijgemaakt (met behulp van heel veel energie) uit die CO2 of uit water, dat nu dus nog ijs is.

Weet u nog waar op Aarde het eerste leven is ontstaan? Precies, in het water. En zo’n 3,5 miljard jaar geleden ontstonden er eencellige organismen die zonlicht als energie gingen gebruiken. Ze vonden als het ware de fotosynthese uit, waarbij CO2 en water onder invloed van zonlicht worden omgezet in suikers en zuurstof. Zo kwam er zuurstof in de leefomgeving; het water. Het duurde vervolgens nog 3 miljard jaar voordat er genoeg zuurstof in de lucht was zodat ook leven op het land mogelijk was. Hoe wil je genoeg zuurstof krijgen zonder het proces van fotosynthese?

Fotosynthese is het proces, de motor, waarop onze Aarde draait, gevoed door de zon, met dank aan de cyanobacteriën, algen en groene planten. Een zekere nederigheid lijkt op zijn plaats. Maar ja, op Mars is humus ver te zoeken.