De kaft wekt al het verlangen om te gaan wandelen. Wat zou ik graag dat weggetje aflopen. Het boek ‘Met lichte tred’ van Ton Lemaire is aan de ene kant een uitnodiging om naar buiten te gaan, om je al wandelend te laten opnemen in je omgeving. Aan de andere kant is het een aanklacht tegen het vooruitgangsdenken; de vlucht vooruit, waarin alles meer en sneller moet. Het is een mooi boek om te lezen in de adventsperiode, een tijd waarin we verlangend uitzien naar …… ja, naar wat eigenlijk?
Meer en meer
De vlucht vooruit komt in december in een soort stroomversnelling. Het aantal bestelbusjes lijkt te zijn verdubbeld. Ze puilen uit van de hoeveelheid pakketjes met cadeautjes, kleding en wat al niet meer. De pakketdiensten maken vele overuren. We worden overspoeld met reclame voor overvloedig eten. We zijn druk met regelen, organiseren of bezoeken van kerstmarkten, concerten, vieringen, familie en vrienden en op het werk moet ook alles nog afgerond worden. Het merendeel allemaal leuk, maar het kan ook teveel van het goede worden, tenminste dat is mijn ervaring.
Verlangen
‘Tijdens een wandeling kan men even ontkomen aan deze vlucht vooruit, ze creëert een soort oase in de turbulentie van de tijd, waarin men in rust en stilte de dingen op hun beloop kan laten’, schrijft Lemaire. Hoe mooi valt deze zin in de drukke decembertijd op zijn plek. Er zit een verlangen in verborgen, een verlangen naar rust en stilte. ‘Verlangen geeft dynamiek’, lees ik in de adventsretraite van Ignatiaans bidden. ‘Verlangen spant de boog tussen nu en het ideaal dat ik in de (verre) toekomst zie’.
“Een wandeling creëert een soort oase in de turbulentie van de de tijd“
Liefde en respect
Dan komt de vraag naar je eigen verlangen naar boven. Wat zie ik als mijn ideaal? Voor mezelf, voor de kinderen, voor de wereld? Hoe kom ik, komen we, daar? ‘Luister naar je verlangen en laat je in je levenskeuzes leiden door dat verlangen’, geeft de adventsretraite als advies mee.
Voor de wereld verlang ik naar een liefdevolle en respectvolle omgang met elkaar en met de aarde en alles wat daar leeft. Dat we ons bewust worden dat we leven in een kwetsbaar web van samenhangen en dat we leren luisteren naar elkaar en naar de natuur. Wandelen kan daaraan bijdragen volgens Ton Lemaire. Ik sluit me daar volledig bij aan.
Weldadige wandeling

Voetjes, detail van een schilderij gemaakt door Lida de Zeeuw.
‘De wandelaar is ontlast van de plicht tot productiviteit en efficiency en is vrij van de eeuwige tijdsdruk die in het gewone leven de ervaring van de wereld verengt en verarmt. Dat op zich doet al weldadig aan: men kan zich ontspannen en openstaan voor de omgeving, voor de wereld als land en landschap. Idealiter zou een wandeling behalve een stuk in en rond menselijke bewoning ook een landelijk deel moeten hebben en dus wat groen en natuur omvatten om daardoor enigszins voeling te houden met de wereld in haar totaliteit. Het genoegen dat een dergelijke wandeling kan opleveren heeft twee kanten: enerzijds geniet de wandelaar van zichzelf – lijfelijk, mentaal – misschien van de schoonheid van het landschap om hem heen. In het beste geval bestaat het genoegen in de beleefde overeenstemming en harmonie tussen mens en wereld, een soort verstandhouding tussen wandelaar en land en in bevoorrechte ogenblikken van een beleven van eenheid wanneer de buitenwereld resoneert in het gemoed en een gevoel van welbehagen en zelfs geluk kan geven.’
Ik wens iedereen mooie kerstdagen en veel wandelgeluk.
Wilt u nog meer lezen over het verlangen lees dan mijn overweging van de tweede zondag van de Advent van dit jaar.
Meer over het boek ‘Met lichte tred‘.